Vooraf

Samen voor Ryan is een programma waar verschillende activiteiten bijdragen aan het realiseren van een gezamenlijke ambitie. De projectenstructuur biedt de mogelijkheid om gericht te werken aan onderdelen waardoor de actie- en resultaatgerichtheid wordt verhoogd. Evaluaties vinden plaats in de projectgroepen evenals de verantwoording, dit is de lezen in de jaarverslagen. De activiteiten van Samen voor Ryan hangen nauw met elkaar samen. Dit is nodig om de ambitie te realiseren, te weten: Onze ambitie is er samen voor te zorgen dat meer kinderen in Steenwijkerland met meer vaardigheden van school komen, zodat zij als volwassene beter in staat zijn om zelfstandig hun leven te leiden en deel te nemen aan de samenleving (Akkoord Samen voor Ryan, Gemeente Steenwijkerland, 2019). In dit document wordt ingegaan op de gezamenlijke resultaten van de projecten over het schooljaar 2021-2022. De gezamenlijke opbrengst tot 2021-2022 is beschreven in de eerder opgeleverde midterm. Dit document komt tot stand op basis van vijf activiteitenverslagen van de projecten; Levensvaardigheden, Steenwijkerlandse Academie, Anderstalige kinderen, Eerste 2000 dagen en Vroegsignalering. Er zijn geen resultaten van het project Wereldwijs in Steenwijkerland in een jaarverslag opgenomen, dit project is niet meegenomen in dit verslag. Eerst wordt ingegaan op de resultaten van het schooljaar 2021-2022 geïllustreerd met quotes uit benutte literatuur. Daarna worden de leermomenten beschreven, tot slot wordt een algemene vooruitblik weergegeven, dit is meegenomen in de plannen van het huidige schooljaar 2022-2023.

Petra Bleijenburg (Projectleider Steenwijkerlandse Academie, 02-01-2023, Zwolle)

Interprofessionele samenwerking in projectgroepen

De projectgroepen van alle projecten bestaan uit leden van de verschillende organisaties en sectoren. In elke projectgroep is hierin een interprofessionele vorm van samenwerking ontstaan en maken leden kennis met elkaars vakgebied. Door de verbinding ontstaat meer samenwerking in de dagelijkse praktijk. Zo kan transactief geheugen ontstaan. De projectgroepen zijn redelijk stabiel.

Transactief geheugen ofwel ‘het weten wie wat weet’ gaat over het op te hoogte zijn van elkaars kennis en vaardigheden. Dit is nodig om werkzaamheden op elkaar af te stemmen en te weten waar professionals elkaars expertise kunnen vinden waardoor ze deze optimaal kunnen benutten (de Waal, 2018).

Waar iemand stopt met de deelname aan de projectgroep wordt vaak uit de eigen organisatie vervanging gezocht. Afstemming tussen de verschillende partijen van Samen voor Ryan wordt hier actief door gestimuleerd veelal op tactisch niveau. Door de integratie van verschillende sectoren verwachten we dat de kwaliteit van de activiteiten hoger is. We zien dat de dwarsverbanden leiden tot innovatie.

Uit onderzoek van Detmar & De Wolff (2019) blijkt dat het investeren in het wegwerken van achterstanden vooral op jonge leeftijd effectief is. Daarnaast blijkt dat samenwerking nodig is van professionals die over hun eigen grenzen heen willen kijken om de ontwikkeling van kinderen en hun welbevinden te bevorderen (Peeters, 2018).

Gezamenlijk en zo vroeg mogelijk

Vroeg investeren met elkaar is de basis om de samenwerking in de gehele keten rondom het kind en de jongere te versterken en segregatie tegen te gaan. Alle projecten hebben aandacht voor het zo vroeg mogelijk in de ontwikkeling van het kind bijdragen aan de ontwikkeling van het kind. In de projecten de eerste 2000 dagen en vroegsignalering zijn dit hoofdonderwerpen maar ook in het project levensvaardigheden wordt een verschuiving zichtbaar van het VO naar het PO.

In de visie van anderstaligen wordt aandacht voor preventie zichtbaar door eerst oog voor het welzijn van het kind te hebben alvorens met de ontwikkeling van het kind aan de slag te gaan. De grote mate van interprofessionele samenwerking richt zich tevens op preventie doordat we een sluitend netwerk rondom het kind willen vormen. Vanuit de projecten wordt gewerkt aan het netwerk van het kind; thuis, bij sportclubs, andere verenigingen en het sociaal werk. Zodat in de eigen omgeving van het kind verbindingen gemaakt kunnen worden. In de projecten is oog voor het hele netwerk van het kind. Holistische en systemische uitgangspunten vormen basis voor de diverse activiteiten. In het activiteitenaanbod is er steeds meer aandacht voor ouders van kinderen. Daarnaast worden activiteiten getoetst aan het reeds ontwikkelde gedachtengoed.

Kennis wordt ontwikkeld, gedeeld en vertaald

Binnen alle projecten is veel aandacht voor zowel wetenschappelijke- als praktische kennis. Kennis vanuit de wetenschap wordt gedeeld in informatiemappen, trainingen of bijeenkomsten. Elke projectgroep ontwikkeld specifieke expertise gericht op het onderwerp van het project om tot duurzame verandering te kunnen komen. Er is in alle gevallen oog voor de praktische vertaling. Op deze manier kan het project directe opbrengst genereren. Voorbeelden hiervan zijn het 3000-euro project, de inzet van de adviseur anderstalige kinderen of de voorlichtingsfilms van levensvaardigheden. Kennisdelingsactiviteiten worden geëvalueerd en de uitkomsten delen de projectleiders met elkaar. Zo wordt samen geleerd wat wel en niet werkt. Het scholings- en traininsgaanbod wordt voor alle sectoren ontworpen: GGD, sociaal werk, kinderdagopvang, jeugdconsulenten en onderwijs.

Door het aanbod te organiseren voor interprofessionele groepen ontstaat  verbinding, leren van en met elkaar en kan afstemming plaatsvinden. Dit is sterk zichtbaar in het intensieve scholingstraject over het onderwerp hechting.

 

Innovaties die vragen om doorwerking op lange termijn staan in verbinding met kennisontwikkeling, kennisoverdracht en kenniscirculatie (de Waal, 2018).

Persoonlijke ontmoetingen

In de activiteiten van Samen voor Ryan wordt het belang van de persoonlijke verbinding opgemerkt. Het daadwerkelijk ontmoeten van elkaar leidt tot verbinding en daarna tot afstemming. Dit kan zijn tijdens events, trainingen, bijeenkomsten of in de projectgroepen.

Kennis krijgt pas betekenis in de sociale omgeving waar ze wordt toegepast, het krijgt vooral betekenis tussen mensen. Hiervoor is interactie tussen mensen noodzakelijk (Huysman, 2006; Kessels, 2018).

 

Ook het delen van persoonlijke ervaringen in de nieuwsbrief is een vorm waarin zichtbaar wordt dat het niet alleen nodig is om elkaars professie te kennen maar ook elkaar te ontmoeten als mens met eigen opvattingen en waarden. Na een periode van coronamaatregelen zijn alle projectgroepen actief om ontmoeting en verbinding te organiseren en faciliteren.

Leermomenten

Leren is een nadrukkelijk component binnen het programma Samen voor Ryan. Vanaf de start van het akkoord is uitgesproken dat we niet het meten centraal stellen, maar het samen leren. Samen leren betekent dat we steeds de dialoog voeren of we het goed doen en het goede doen.  Binnen de projecten wordt regelmatig geëvalueerd. We leren door het programma Samen voor Ryan hoe we in Steenwijkerland kunnen werken aan soepele overgangen voor het kind en zijn/haar ouders. Hierin komen verschillende overgangssituaties terug: de overgang opvang – onderwijs, po-vo, thuis – sociaal werk of bij zorgaanbieders onderling. Verschillende projectengroepen ondersteunen deze soepele overgangen actief. Binnen de projecten wordt met name op de inhoud wordt geleerd en vindt bijstelling plaats. Bij verschillende projecten wordt zichtbaar dat de nadruk verplaatst van de ontwikkeling van een instrument naar het begeleiden van visieontwikkeling of het organiseren van dialoog.

Ook lijkt er een verschuiving in de rol die projectgroepen innemen naar meer focus op ondersteuning aan bestaande processen en activiteiten. Deze verschuiving zou goed voort kunnen komen door de ontdekking dat er geen standaard oplossing voor een vraagstuk is. Steenwijkerland is een uitgestrekt gebied met diversiteit en eigenheid in dorpen, kernen of wijken.  Het al doende leren zien we sterk terug en wordt zowel op projectniveau als op programmaniveau actief georganiseerd. Hierin wordt blijvend gezocht naar hoe we: een zo’n aantrekkelijk mogelijk aanbod voor professionals kunnen organiseren; hoe we het beste de ouders kunnen betrekken; en hoe we het kind een stem kunnen geven.

Veelal start leren met een urgentie vanuit de praktijk, een concrete ervaring leidt tot vragen. Daarna kan je het proces volgen en beïnvloeden (Dochy et al., 2015; Kessel & Arnhem, 2005).

Referenties

  • Detmar, S., & De Wolff, M. S. (2019). De 1e 1000 dagen: het versterken van de vroege ontwikkeling– Een literatuurverkenning ten behoeve van gemeenten.
  • Dochy, F., Berghmans, I., Koenen, A.-K., & Segers, M. (2015). Bouwstenen voor High Impact Learning.
  • Huysman, M. (2006). Zin en onzin van Kennis Management. Vrije Universiteit Amsterdam.
  • Kessel, L. Van, & Arnhem, H. (2005). Louis van Kessel. In Supervisie in Opleiding en Beroep, 7 (1990) 2, 26-44.
  • Kessels, J. (2018). De ecologie van de professionele ruimte. Pedagogische Studien95(3), 220–226.
  • Peeters, R. (2018). Mét Andere Ogen. NlNovember. https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2018/11/28/rapport-met-andere-ogen
  • Waal, V. de (2018). Interprofessioneel werken en innoveren in teams. Uitgeverij Coutinho.